top of page
Zoeken
  • Foto van schrijverMarc Beek

Hoe om te gaan met autisme ontkenners

Bijgewerkt op: 25 aug. 2023

Rond elk gezin met een kind met autisme, zweeft wel een figuur die "niets met autisme heeft". Het kan een opa, tante of huisvriend zijn die zegt: "laat mij dat kind maar eens opvoeden, dan is het zo afgelopen met dat idiote gedrag". Je kunt herhaald uitleggen waar afwijkend gedrag vandaan komt, hoe daarmee het beste is om te gaan en dat het niet altijd per definitie afgekeurd hoeft te worden, dat afwijken. Maar soms dringt jouw boodschap gewoon niet door. Hoe ga je met zo iemand om?




Laat ik de vraag beantwoorden door een situatie te beschrijven die we elke nazomer meemaken: een wesp die irritant om je heen vliegt en hinderlijk op je bord, glas of zelfs bij je mond gaat zitten. Wespen kunnen pijnlijk steken en als ze dat in je mond of keel doen, kan het zelfs levensbedreigend zijn. Dat we dat hinderlijk rondvliegen soms zeer storend vinden, daar zit dus wel wat achter.


Die wespen zijn de vrouwelijke werkers van een wespennest, die nadat het nest gebouwd is en alle larven gevoed en uitgevlogen zijn, in de nazomer niets meer te doen hebben. In de zomer vangen deze wespen muggen, vliegen en rupsen. Die voeren ze dan aan de larven en het zoete vocht wat die larven uitscheiden is het voedsel voor de werkers. Maar nu er geen larven meer zijn hebben de wespen dus honger en trek in iets zoets. Dat vinden ze dan op jouw bordje of glas. Je kunt dat voorkomen door op enige afstand van waar je zit iets zoets te leggen of op te hangen, zodat ze daar naartoe vliegen en niet naar jou. Dit ook als dank voor alle insecten die de wespen in de zomer voor je gevangen hebben en waarmee ze eventuele insectenplagen hebben voorkomen.


Angst voor wespen is iets primitiefs, iets puur biologisch.

Nu je weet waarom een wesp op zoek gaat naar zoetigheid, wat je zelf tegen hinderlijk gedrag kunt doen en dat de wesp zelfs positieve eigenschappen heeft, ben je hierdoor voortaan niet meer bang voor een wesp? Waarschijnlijk niet. Angst voor wespen is iets primitiefs, iets puur biologisch. Informatie alleen zal die houding niet kunnen veranderen. Wanneer je een positieve ervaring hebt met een wesp, kan dat je gedrag al wel wat veranderen. Maar pas wanneer je met een diepere wijsheid naar het leven kunt kijken, hoe alles daarin met elkaar samenhangt en een eigen plek verdient, pas dan lukt het om zelfs een wesp met blijdschap te verwelkomen.



Bufferzone


Hoe nu om te gaan met die eigenwijze opa, tante of huisvriend, die jouw goede raad maar niet wil aannemen? Die het autisme bij jouw kind niet herkennen, erkennen of accepteren. Laat deze mensen los, stop met trachten ze met uitleg of goede voorbeelden te overtuigen. Werkzamer is je energie te stoppen in goede afleiders: zet voor hun wat zoet op afstand. Hou ze weg. Instrueer welwillenden in een soepele, conflict vermijdende omgang met deze persoon. Zorg dat deze welwillenden samen met jou een autismevriendelijke bufferzone vormen tussen die persoon en jouw kind. Conflicten zijn helaas nooit altijd te voorkomen, wat ook niet altijd hoeft. Ze zijn vormend. Maar het in stand houden van een bufferzone zal de meeste tijd je de minste energie gaan kosten.


Auteur: Marc Beek is publieksvoorlichter met een late diagnose autisme. Daarnaast is Marc activiteiten boswachter en geeft op verrassende wijze uitleg over autisme tijdens een wandeling door de natuur, waarbij hij verhalen over planten en dieren gebruikt in zijn uitleg.


P.S. Op de foto staat een zweefvlieg, geen wesp. Maar mensen die niet goed op een wesp reageren, doen dat vaak ook op de volkomen onschuldige zweefvliegen of de zeer nuttige wilde bijen.


315 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page